Snijd de kipfilets in gelijke reepjes, ongeveer 1-2 cm breed.
Kruid de kipreepjes royaal met zout, zwarte peper en knoflookpoeder.
Bereid drie aparte ondiepe kommen: één met bloem, één met geklopte eieren en één met panko paneermeel.
Neem elk kipreepje en bedek het eerst met bloem, dip het vervolgens in het geklopte ei, en bedek het tenslotte grondig met panko paneermeel, zachtjes aandrukkend om het te laten hechten.
Schik de gepaneerde kipreepjes in een enkele laag op een bakplaat bekleed met bakpapier. Bespray de kip lichtjes met oliespray voor extra krokantheid.
Bak in een voorverwarmde oven op 180°C (350°F) met boven- en onderwarmte en ventilator, gedurende ongeveer 30 minuten, of tot ze goudbruin en gaar zijn.
Haal de kip na het bakken uit de oven en laat deze een paar minuten rusten op de bakplaat. Dit helpt de panko knapperig te blijven en steviger te worden.
Eenmaal licht afgekoeld, snijd de krokante kip in hapklare stukjes, geschikt voor je salade.