Snijd de courgette in de lengte doormidden en dan in kwarten. Verwijder het zaadgedeelte om te voorkomen dat het mengsel te waterig wordt.

Snijd de voorbereide courgette in heel kleine blokjes. Dit zorgt voor een gelijkmatige textuur in het latere mengsel.

Verhit wat olie in een pan en stoof de courgetteblokjes – eventueel samen met fijngehakte ui – ongeveer 5 minuten. Zorg ervoor dat de groenten gaar worden, maar niet bruin.

Laat de aangebraden groenten afkoelen. Meng ze daarna in een kom met bergkaas, gehakte peterselie, kikkererwtenmeel, paneermeel, een ei en een snufje zout.

Zet het mengsel 30 tot 60 minuten in de koelkast, zodat het goed kan opstijven en de smaken zich kunnen verbinden.

Vorm met licht bevochtigde handen kleine balletjes van het mengsel. Bak ze in olie onder regelmatig draaien, tot ze rondom goudbruin zijn. Serveer de courgetteballetjes warm of koud.