Scheid voorzichtig de eiwitten van de eidooiers van de 4 eieren. Doe de eiwitten in een schone, droge kom.
Klop de eiwitten met een garde of elektrische mixer tot ze luchtig zijn als wolken en stijve pieken vormen wanneer je de garde optilt. Dit betekent dat ze hun vorm moeten behouden.
Meng in een aparte kom de eidooiers met de suiker. Mix ze goed tot het mengsel licht en goed gemengd is.
Voeg de melk en de vanillesuiker toe aan het eidooier-mengsel. Mix opnieuw tot alles glad is opgenomen.
Voeg geleidelijk de bloem toe aan het eidooier-mengsel, mix tot het beslag dikker wordt dan pannenkoekenbeslag. Het moet een gladde, schenkbare maar stevige consistentie hebben.
Spatel nu voorzichtig het eidooier-mengsel door de opgeklopte eiwitten. Gebruik een spatel en combineer ze voorzichtig, met een opwaartse beweging, om ervoor te zorgen dat het mengsel luchtig blijft en zijn luchtige textuur niet verliest.
Spatel tot slot voorzichtig de voorbereide kersen door het cakebeslag. Pas op dat je niet te veel mixt, want je wilt die luchtige textuur behouden.