Neem 2 eetlepels koude melk en roer de zetmeel erdoor tot een glad mengsel. Zet dit mengsel apart.
Verwarm de melk in een pan, maar laat het niet koken.
Als je verse vanillepeulen gebruikt, schraap dan het merg uit 2 vanillepeulen en voeg zowel het merg als de uitgeschraapte peulen toe aan de verwarmende melk. Voeg anders gewoon het vanillepoeder toe.
Klop in een aparte kom (bij voorkeur au bain-marie) de eidooiers met de rietsuiker schuimig en romig.
Als de melk is verwarmd en bijna kookt (het dampt al, maar borrelt niet), verwijder dan de vanillepeulen uit de melk.
Neem een klein scheutje van de verwarmde melk en voeg dit langzaam, onder voortdurend roeren, toe aan het eidooier-suikermengsel, om de eieren aan de temperatuur te laten wennen (tempereren).
Zodra het eidooier-suiker-melkmengsel homogeen en vloeibaar is, voeg je het al roerend toe aan de rest van de hete melk in de pan.